In Makueni is geen strijkstok te bekennen

Het Kwa Mbila-stuwmeer ligt als een glinsterend eiland tussen heuvels bedekt met kurkdroge struiken en gras. Water is de grootste kopzorg van de miljoen inwoners van het armoedige Makueni-gewest. Al voor de Keniaanse onafhankelijkheid in 1963 begonnen ouders en grootouders van de huidige bewoners aan een reeks verzoeken voor een dam om een deel van het snelstromende rivierwater vast te kunnen houden. Twee jaar geleden liep Kwa Mbila eindelijk vol.

“Dat hebben we te danken aan de gouverneur en aan onszelf”, concludeert Tabitha Mbithi onder een schaduwrijk afdakje met uitzicht op het stuwmeer. Zij is lid van het duurzaamheidscomité dat erop toeziet dat het water, bestemd voor zo’n 18.000 omwonenden, niet wordt misbruikt. “Vroeger was ik bijna de hele dag onderweg om twee jerrycans, met elk 20 liter water, te halen bij de dichtstbijzijnde bron. Nu kost dat me een kwartiertje. Daardoor heb ik tijd voor andere activiteiten waarmee ik geld verdien, zoals mijn moestuin en kippenren.”

Forse sommen geld verdwijnen

De meeste mensen die je aanspreekt in Makueni zijn enthousiast over het bestuur van gouverneur Kivutha Kibwana (65). Sinds de jurist in 2013 werd gekozen, deed hij wat hij als normaal beschouwt. “Luisteren naar wat de bevolking zegt nodig te hebben en ervoor zorgen dat hun ontwikkelingsprojecten worden gerealiseerd zonder dat geld aan de strijkstok blijft hangen”, vat hij het samen in een eenvoudig kantoor, omringd door vooral jonge medewerkers.

Kivutha Kibwana | Kenyans.co.ke

Maar dat is allesbehalve gewoon in Kenia waar zowel de nationale regering als de meeste gewestbesturen grotendeels besluiten wat de bevolking nodig heeft. In de grondwet is weliswaar vastgelegd dat het volk geraadpleegd moet worden over gewenste ontwikkelingsprojecten, maar de meeste gewestbestuurders nemen dat niet zo nauw. En dan verdwijnen met grote regelmaat forse sommen aan projectgelden in de zakken van politici, ambtenaren en aannemers die daarvoor gelegenheidssyndicaten vormen.

Niet alleen worden bewoners van Makueni gehoord, maar ze worden ook betrokken bij het uitwerken van projectplannen. Ze kiezen ­volkscomités die toezicht houden op de uitvoering van de werkzaamheden. Het gewestbestuur betaalt alleen als op rekeningen de handtekeningen van die comités staan.

Daarmee is de corruptie haast tot nul teruggebracht. Het hoofd van de Keniaanse algemene rekenkamer gaf dan ook een dikke voldoende aan Makueni, dat als financieel het best opererende gewest werd uitgeroepen.

Schietpartij

Kibwana is echter niet geliefd bij de meeste andere gouverneurs, de centrale overheid en sommige politici in zijn eigen gewest. Toen hij in 2013 aantrad en aankondigde alles te doen om corruptie uit te bannen, kreeg hij nagenoeg het hele gewestparlement tegen zich. Het resulteerde zelfs in een schietpartij waarbij zes mensen gewond raakten, maar de gouverneur ongedeerd bleef. Dat de bevolking de patriarchale en corrupte houding van politici beu was, bleek toen bij de verkiezingen in 2017 Kibwana werd herkozen, maar slechts een van de dertig parlementsleden van het gewest de zetel behield. “Veel projecten in Kenia gaan niet van start zonder smeergeld. Leiders in dit land zitten op posities voor zichzelf in plaats van in de dienst te staan van de mensen. De enige taak die ze zouden moeten hebben, is de verbetering van de leefomstandigheden van de bevolking”, zegt Kibwana, die ervoor knokte dat in 2010 een nieuwe grondwet tot stand kwam die meer macht bij het volk legde. Hij zette in Makueni de theorie in praktijk om.

Corruptievrij eiland

Dat alles resulteerde in projecten, geprezen door de bewoners van het gewest. Er is een vruchtverwerkingsfabriek gebouwd waar boeren drie keer zoveel krijgen voor hun mango’s dan op de markt. In Wote, de hoofdstad van het gewest, staat sinds kort een nieuw kraamziekenhuis met 120 bedden dat volledig ingericht 1,3 miljoen euro kostte. Dat is minder dan een voetgangersbrug over een snelweg in de nationale hoofdstad Nairobi.

“Zonder corruptie kan het gewest meer doen met het beschikbare geld dan dat we dachten”, meent Musyoki Kiema, het hoofd van de Unoa basisschool in Wote. Hij beschrijft Makueni als een ‘transparant en corruptievrij eiland in een zee van omkoperij’. Hij heeft er sinds kort twee kleuterschoolklassen bij voor negentig leerlingen. Weliswaar is onderwijs in Kenia gratis, maar niet voor de kleuterschool. “Mensen in Wote vroegen het gewestbestuur erom. Dat zette de gebouwen neer en betaalt een onderwijskracht. De andere wordt door de ouders betaald.”

Het is drie uur en de kleuters worden opgehaald door hun ouders. Onesmus Munyao, een brommertaxichauffeur en vader van een vierjarige zoon, betaalt 15 euro per trimester. “Nu ons kind op school zit, kan mijn vrouw buitenshuis werken, waardoor ons inkomen is gestegen. De financiële bijdrage is best veel voor ons, maar het is het waard en geen cent wordt gestolen.”