Bill Gates, doe geen moeite

Een donatie van honderdduizend kippen moet helpen de extreme armoede te verminderen in Afrika. De gift komt van Bill Gates, ex baas van Microsoft en filantroop. Hij hoopt dat een boer met vijf gevaccineerde kippen van een goed ras jaarlijks meer dan duizend euro kan verdienen. Dat is 300 euro meer dan de armoedegrens. Een mooi streven?

Niet, vindt Janet Mawiyoo, directeur van het Keniaanse gemeenschapsontwikkelingsfonds (KCDF). “Bijna iedereen houdt er wel een paar kippen op na in Afrika. Dat zijn inheemse soorten, ongevaccineerd en ogen wat schraal maar zijn lekker. Nog meer kippen doet de prijs van het vlees zakken en wie betaalt de vaccinatie en het voer? De inheemse soorten scharrelen de meeste voeding zelf bij elkaar.”

1465941111The-answer-is-chickens-Gates-speaking-to-the-media,-in-front-of-a-chicken-coop-set-up-on-the-68th-floor-of-the-4-World-Trade-Center-tower,-in-Manhattan,-New-York

Mawiyoo vindt dat de buitenlandse ontwikkelingshulp onder de loep moet worden genomen. Na tientallen jaren en miljarden euro’s is de armoede in niet echt noemenswaardig verminderd. “Er zijn te veel projecten mislukt. Weggegooid geld”, concludeert ze. Het probleem is volgens haar dat goedbedoelende buitenlandse organisaties besluiten welke projecten het beste zijn. “Ze houden geen rekening met de inheemse situatie. Wij leggen niets op. De bevolkingsgroepen die we helpen, bepalen zelf wat nodig is. Tenslotte weten zij dat het beste. “

Ze geeft als voorbeeld een gemeenschap in Meru, een regio zo’n 250 kilometer ten noorden van de hoofdstad Nairobi. De bevolking klopte bij KCDF aan voor hulp voor een groeiend aantal kinderen waarvan de ouders het schoolgeld niet konden opbrengen. KCDF adviseerde geld in te zamelen onder de bevolking. De allerarmsten gaven vijftig cent, anderen een euro en winkeliers een tientje.

Het gemeenschapspotje werd aan KCDF gegeven die het in het beleggingsfonds van de organisatie stopte. Met de eerste opbrengst werd het schoolgeld van arme kinderen betaald. Het ingelegde geld bleef winst genereren. Dus besloot de gemeenschap lokale scholen op te knappen. De ene kreeg een laboratorium, de ander een bibliotheek. Sindsdien boeken scholen in Meru aanzienlijk betere resultaten dan voorheen.
“Scholieren met betere cijfers hebben grotere kansen op voortgezet onderwijs en banen. Dat zorgt voor een beter inkomen wat uiteindelijk helpt een hele gemeenschap economisch te groeien. En ook heel belangrijk is zelfvertrouwen. De bevolking ziet en begrijpt dat ze niet afhankelijk hoeft te zijn en in staat is de eigen problemen op te lossen”, legt Mawiyoo uit in haar kantoor in Nairobi.

janet

De internationale gemeenschap heeft scholen en ziekenhuizen gebouwd die er nogal eens verlaten en leeg bij staan. Mawiyoo wijst erop dat de klus niet geklaard is met de bouw. “Zonder leerkrachten en medisch personeel heb je er niets aan. Dus moet je voortdurend de regering aansporen personeel te sturen want er is natuurlijk verloop. Dat is niet een eenmalige zaak maar is een voortdurende bezigheid.”

Onbegrip ondervindt KCDF nogal eens bij internationale donoren voor de manier van geld genereren. Geld geven waaraan niet direct een project is gekoppeld, stuit op onbegrip. De organisatie die 19 jaar geleden in het leven werd geroepen, wil gebruik maken van de zakenwereld en geld laten werken. Een boekhouding houdt bij wat het winstpercentage is voor een gemeenschapspotje is of voor een donatie van internationale geldschieters.

Verbouwereerd reageerden donoren ook toen KCDF het plan opvatte om te investeren in de bouw van een kantorenpand. “Met de huur wordt deels de investering afgelost en de rest gaat naar projecten”, vertelt Mawiyoo. Ze vindt dat de wereld af moet van het achterhaalde denken over ontwikkelingshulp en nieuwe manieren moet omarmen. “Uiteindelijk hebben we zelf geld gestoken in het pand dat inmiddels staat. We hoeven niet te bedelen. In Afrika zijn we tegenwoordig zelfverzekerd genoeg om onze eigen problemen aan te pakken.”

Informatie
Sinds de jaren vijftig bestaat het idee om met grote geldinjecties de armoede te verminderen. Miljoenen zijn aan de ergste armoede ontsnapt. Maar dat lijkt eerder te danken aan economische situaties dan aan ontwikkelingshulp. De Wereldbank heeft berekend dat tussen 1981 en 2010 het aantal armen in de wereld daalde met 700 miljoen. Daarvan waren er 627 miljoen Chinezen.
Afrika ten zuiden van de Sahara ontvangt jaarlijks zo’n 30 miljard euro aan ontwikkelingsgeld. Maar een kwart van de landen is armer dan in 1960, zo blijkt uit het boek Why Nations fail van Daron Acemoglu en James Robinson. Zij concluderen dat armoede geen vicieuze cirkel is maar “het systematisch blokkeren van aansporingen en mogelijkheden van arme mensen om dingen beter te maken voor zichzelf.”